Praten over medicatie met je behandelaar

Bedenk goed wat jij zou willen weten. Nu, maar misschien ook later nog. Het kan dan helpen om de antwoorden op papier mee te vragen, zodat je het later nog kunt teruglezen.

Vragen die je kunt stellen zijn bijvoorbeeld:

Wat doet het met mij dat ik medicijnen moet slikken?
Hoe gaat het medicijn mij beïnvloeden?
Blijf ik dezelfde persoon?
Moet ik dit altijd blijven gebruiken?
Wie ben ik eigenlijk zonder medicatie?
Welke medicatie bestaat er voor mijn klachten?
Wat is het effect dat ik kan verwachten?
Hoe slik ik mijn pillen op school?
Ik voel me beroerd, blijft dat zo of gaat dat weer weg?
Zijn er bijwerkingen die altijd blijven, of later nog kunnen komen?
Wat gebeurt er als ik mijn medicijn neem in combinatie met alcohol of drugs?
Doet het medicijn iets met mijn libido (zin in seks)?
Wat moet ik doen als ik ergens over twijfel?
Waar kan ik terecht als ik vragen heb?
Waar kan ik betrouwbare informatie vinden over mijn medicijn?

Het is heel normaal dat je het lastig of spannend vindt om te praten over je medicijngebruik. Het kan helpen om dit aan te geven bij je behandelaar. Samen kunnen jullie dan op zoek naar een manier van praten die voor jullie werkt. Misschien kun je meer tijd inplannen voor een gesprek of de vragen verdelen over twee gesprekken. Bijvoorbeeld één met je ouders erbij, en eentje zonder. Als het maar niet blijft lukken om goed te praten met je behandelaar, mag je dit ook aangeven. Het kan altijd zijn dat het echt niet klikt. Je hebt het recht om te vragen of iemand anders jou kan begeleiden. Een goede relatie met je behandelaar is superbelangrijk.

‘Terugkijkend deed het me veel om medicijnen te moeten slikken maar daar ging het nooit over. Niemand vroeg hoe het voor mij was. Er werd heel simpel en kort gevraagd of het werkte en naar de fysieke bijwerkingen. Het gesprek ging niet over hoe ik me erbij voelde. Ik wist ook niet dat boosheid of woedeaanvallen konden samenhangen met de medicijnen.’ – Jongere

Het kan helpen om je vragen van tevoren op te schrijven. Gewoon op een papiertje of op je telefoon. Je kunt die vragen dan meenemen naar het gesprek. Het is dan een geheugensteun waar je het over wilt hebben. Ook kun je afspreken dat je je vragen van tevoren mailt. Dan hoef je je vragen niet hardop uit te spreken, en weet de behandelaar toch waar je het over wilt hebben. Als je veel vragen hebt, vraag dan of je voldoende tijd kunt inplannen om alles te bespreken. Of maak een vervolgafspraak.

Het is altijd goed om je zorgen of vragen met iemand te delen. Als je dat niet (meteen) met je behandelaar durft te doen, deel het dan met iemand die je vertrouwt. Bijvoorbeeld een familielid, of een vriend of vriendin. Dit kan ook je huisarts zijn. Diegene kan dan met je meedenken. Over je twijfels en je zorgen. Misschien kunnen jullie samen de bijsluiter lezen, of de informatie hier op Begrijp je Medicijn. Of kan diegene mee naar een gesprek met je behandelaar. Samen sta je niet alleen.

‘Lastig om met hem (behandelaar) te bespreken was dat je op bijvoorbeeld een festival illegale middelen neemt. Hoe erg is dat in combinatie met medicijnen en durf je daarover te beginnen. In dit geval pakte dat goed uit. De psychiater gaf wel aan waar je echt mee moest oppassen. Dat schiep een vertrouwensband. Dit is een belangrijk punt want drugs kan ook heel gevaarlijk zijn. Het is dan fijn om daar open over te kunnen praten.’ – Jongere

Bijsluiters geven belangrijke informatie. Over het gebruik van je medicatie bijvoorbeeld en over bijwerkingen. Bijsluiters zijn soms moeilijk te begrijpen. Daarom hebben we ook Begrijp je Medicijn gemaakt. Daarop lees jij betrouwbare informatie over jouw medicijn. Begrijp je Medicijn is echter geen vervanging van de bijsluiter.

Als jij de bijsluiter wilt lezen en dit moeilijk vindt, zoek dan een bijsluiter-buddy: iemand die met jou meeleest. Bijvoorbeeld een vriend of familielid. Zo kun je het er meteen over hebben. En wordt duidelijk welke vragen je nog hebt, die je aan je behandelaar wilt stellen.